De overheid gaat investeren in vijftig waterstofbussen. Deze zullen worden gebruikt in het openbaar vervoer in de provincies Drenthe, Groningen en Zuid-Holland. De gedeputeerden van de betreffende provincies hebben dit afgesproken met minister Stientje van Veldhoven voor Milieu. Niet alleen de Nederlandse overheid wil investeren in waterstofbussen ook vanuit de Europese Unie wordt er een bijdrage geleverd. De EU heeft in totaal 7,5 miljoen bijgedragen voor het project. De provincies en het ministerie gaan elk 3,75 miljoen euro bijleggen. In een schriftelijke reactie geeft Van Veldhoven aan dat waterstof de toekomst is voor zware vervoersmiddelen als bussen en vrachtwagens. Deze voertuigen hebben doormiddel van waterstof een grotere actieradius. Een volle tank waterstof moet een actieradius opleveren van 400 kilometer.
De waterstofbussen zijn technisch gebouwd voor deze brandstof. Waterstof heeft een andere dichtheid dan aardgas en ook de tanks die gebruikt worden voor waterstof zijn anders. In ieder geval groter. Momenteel zijn er echter weinig tankstations waar de voertuigen waterstof kunnen tanken. Dit moet volgens de minister in de toekomst anders worden. Er zijn in 2019 nog maar 8 bussen die op waterstof rijden. Dit zullen er in de toekomst aanzienlijk meer moeten worden. Vanaf 2025 moet elke nieuwe bus emissievrij zijn en vanaf 2030 moeten alle bussen die aan het openbaar vervoer deelnemen emissievrij zijn. Waterstof kan dan een oplossing vormen maar dan moet waterstof wel op een duurzame manier worden gemaakt en dus niet uit aardgas wat de goedkoopste, makkelijkste maar ook de meest milieuonvriendelijke manier is.