Inmiddels hebben 8 van de 12 provincies in Nederland te maken met een krapte op arbeidsmarkt. Dat betekent dat werkgevers in deze provincies moeite hebben met het vinden van nieuw geschikt personeel voor openstaande vacatures. De posities die in deze bedrijven vacant zijn blijven daardoor lang onvervuld. Dat kan er voor zorgen dat bedrijven problemen krijgen met de productie of orders moeten afzeggen en klanten teleurstellen.
Volgens het UWV hadden alleen Flevoland, Drenthe, Friesland en Groningen aan het einde van 2018 nog een “gemiddelde” arbeidsmarkt. Ongeveer twee jaar geleden had nog geen enkele provincie last van een krapte op de arbeidsmarkt. De economie is echter sinds die tijd verder aangetrokken. Het gevolg is dat ook de arbeidsmarkt in beweging is gekomen. Steeds meer werkzoekenden konden een baan vinden. Met name in de bouw en de techniek nam de werkgelegenheid toe. Ook voor ICT-personeel nam het aanbod aan vacatures aanzienlijk toe. In bijna alle provincies van Nederland is er een tekort aan ervaren ICT-ers, elektromonteurs, installatiemonteurs en mechatronicamedewerkers.
Bedrijven hebben de vacatures die ze hebben open staan massaal gedeeld op websites en social media. Ook uitzendbureaus, detacheringsbureaus, headhunters en andere intermediairs op de arbeidsmarkt zijn op zoek naar werknemers voor hun opdrachtgevers. Deze organisaties die ook actief zijn op de arbeidsmarkt delen de vacatures vervolgens ook weer op websites en social media. Hierdoor lijkt het vacature-aanbod nog groter. Door alle spelers op de arbeidsmarkt wordt de druk op de arbeidsmarkt groter.