Gasprijzen en elektriciteitsprijzen in 2021 zorgen voor hoogste inflatie sinds 2002

Gemiddeld betaalden consumenten in de maand oktober 3,4 procent meer voor goederen en diensten ten opzichte van een jaar geleden. Dat is volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) de sterkste prijsstijging sinds de maand april in 2002. De prijsstijging kwam in september nog uit op 2,7 procent. Er zijn verschillende factoren die hebben gezorgd voor een hoog inflatiecijfer. Met name de energieprijzen zijn een belangrijke veroorzaker geweest van de stijging van de inflatie.

De energieprijzen zijn door een combinatie van factoren al geruime tijd aan het stijgen. Deze ontwikkeling heeft met name te maken met een stijging in de vraag naar aardgas en elektrische stroom. Daarnaast neemt het aanbod van deze fossiele energiebronnen maar nauwelijks toe. Doordat er in Groningen geen aardgas meer uit de aardbodem wordt gehaald is Nederland meer afhankelijk geworden van aardgas uit het buitenland. Vooral Noorwegen en Rusland zijn belangrijke aardgasleveranciers aan Europa. Noorwegen heeft al toegezegd dat er meer aardgas geleverd gaat worden maar Rusland is op dit gebied een onzekere factor. Het economische herstel zorgt voor een verdere stijging in de energieprijzen omdat meer bedrijven aardgas en aardolie nodig hebben. Ook de vraag naar elektrische stroom neemt toe. Veel elektrische stroom wordt nog doormiddel van aardgas opgewekt.

De prijs van gas nam toe van 18,3 procent in september naar 30,6 procent in oktober. Elektriciteit was 39,6 procent duurder dan in oktober 2020. In september was die prijsstijging 24,4 procent. Verder was er sprake van een grote stijging in de brandstofkosten. Dat heeft ook een opdrijvend effect gehad op de inflatie.