Europa heeft nog steeds aardgas nodig uit niet-Europese landen. Rusland is voor Europa een belangrijk leverancier voor aardgas. Op dit moment is er een plan om de Nord Stream-gaspijpleiding van Rusland naar Duitsland te verdubbelen. Aan dit omstreden project, dat wordt uitgevoerd door het Russische staatsbedrijf Gazprom, doen vijf Europese energiebedrijven mee waaronder Shell. In totaal kost de aanleg 9,5 miljard euro. Het project moet in 2019 klaar zijn.
De Europese Commissie wil over de verdubbeling van de gaspijplijn met Rusland in gesprek treden. Het gesprek moet er voor zorgen dat er straks geen juridische problemen ontstaan als de pijplijn wordt aangelegd. Op vrijdag 9 juni 2017 heeft de Europese Commissie besloten om toestemming te vragen aan de EU-landen.
De huidige gaspijpleiding wordt door de verbouwing aanzienlijk in capaciteit uitgebreid. Per jaar kan 55 miljard kubieke meter extra gas worden getransporteerd door de gasleiding als het project is afgerond. Daardoor kunnen in Europa in totaal 26 miljoen huishoudens worden voorzien van gas. Het project van de uitbreiding van de Gazprom gasleiding tussen Rusland en Europa past eigenlijk niet binnen het Europese energiebeleid. Dit energiebeleid is er op gericht om de Europese afhankelijkheid van andere landen op het gebied van gas niet te vergroten maar eerder te beperken. Op dit moment is Duitsland een voorstander van Nord Stream II. Er zijn echter Oost-Europese landen die bezwaren hebben.
De Europese Commissie is van mening dat het project van gaspijplijn niet past bij de voorwaarden van een Europese energie-unie. Europa moet zelfvoorzienend worden op het gebied van energie. Daarom moeten Europese landen in hun eigen energie voorzien. Dit is zowel de bedoeling op het gebied van gas als op het gebied van elektriciteit.