Radioactief afval vormt een probleem. Veel radioactief afval wordt opgeslagen maar op den duur is dat geen oplossing. Het kabinet wil het radioactief afval van de kernreactor in het Noord-Hollandse plaatsje Petten opruimen en zal daar 117 miljoen euro voor willen uittrekken. Het kernafval dat daar ligt is zogenaamd historisch radioactief afval en bestaat uit 1600 vaten. Een aantal van deze vaten is gaan roesten. Dit afval is ontstaan vanaf het begin van de jaren zestig van vorige eeuw. Toen is men gestart met onder andere radioactieve isotopen voor de behandeling van kankerpatiënten.
Het kernafval zorgt voor bezorgdheid bij omwonenden. De roestige vaten vormen op dit moment nog geen direct gevaar maar het nucleair bedrijf NRG heeft te weinig geld om de vaten te transporteren naar een opslag die nog veiliger is. Daarnaast weet men ook niet precies wat de inhoud is van de vaten. Dat maakt het transport en de verwerking van de vaten complexer. Minister Schouten van Landbouw hoopt dat er door een investering van wat extra geld een duurzame oplossing kan worden gerealiseerd voor het veilig afvoeren en opslaan van het kernafval. Daarmee wordt ook gehoor gegeven aan het besluit van de politiek. Ongeveer dertig jaar geleden had de Nederlandse overheid namelijk al bepaald dat de vaten centraal moeten worden opgeslagen. Hiervoor is de Covra in Zeeland als de locatie voor die centrale opvang aangemerkt.