IEA verwacht dat duurzame energie steenkool inhaalt in 2025

Het Internationaal Energie Agentschap (IEA) geeft aan dat er veel investeringen zijn gedaan op het gebied van duurzame energie. Toch zijn er wereldwijd nog veel energiecentrales die op steenkool draaien. Momenteel is steenkool zelfs de belangrijkste bron die wordt gebruikt voor het opwekken van elektriciteit. In energiecentrales worden steenkolen gebruikt als brandstof waarmee water wordt verwarmd. De stoom die daarbij vrijkomt zorgt er voor dat turbines in beweging worden gebracht. In feite zitten er in elektriciteitscentrales dus ook een soort windturbines alleen draaien deze turbines niet op natuurlijke windkracht maar op kunstmatig geproduceerde stoomkracht. Het grote probleem daarbij is dat steenkool of aardgas wordt gebruikt om deze stoomproductie tot stand te brengen. Dat zijn fossiele brandstoffen die voor een CO2 en andere milieubelastende uitstoot zorgen wanneer ze worden verbrand.

Meer duurzame elektriciteit op energiemarkt

Door de grote toename in het aantal windmolenparken zal de productie van duurzame elektriciteit verder gaan toenemen. De IEA verwacht zelfs dat het aandeel van steenkool in de energieproductie de komende jaren verder zal afnemen. In 2026 zullen duurzame energiebronnen volgens het IEA goed zijn voor ongeveer de helft van de wereldwijde stroomproductie. In 2023 lag dit percentage al op 40 procent. Bovendien zal duurzame elektrische energie in 2025 een groter aandeel hebben op de energiemarkt dan elektrische energie die wordt geproduceerd uit steenkool. Dat is een belangrijke ontwikkeling als je kijkt naar de wereldwijde CO2 emissie. De grootste producent van CO2 is namelijk de energiesector van Nederland. Dat geeft ook IEA-topman Faith Birol aan in een rapport.