Overheid: “Nederland heeft arbeidsmigranten nodig” in 2019

De Nederlandse overheid buigt zich over de wet en regelgeving met betrekking tot arbeidsmigranten. In totaal werken er in Nederland in 2019 ongeveer 400.000 arbeidsmigranten. Dat is een behoorlijk aantal en maakt duidelijk dat arbeidsmigranten verschillende vacatures op de arbeidsmarkt vervullen. Arbeidsmigranten zijn in Nederland bijna niet meer weg te denken in de tuinbouw en agrarische sector waar ze vaak laaggeschoold werk uitvoeren. Ook in de transportsector, de bouw en de metaaltechniek werken veel arbeidsmigranten als bijvoorbeeld vrachtwagenchauffeur, bouwvakker of lasser.

Een grote groep arbeidsmigranten werkt via uitzendorganisaties. Een uitzendbureau is een ideale intermediair voor een arbeidsmigrant die tijdelijk in Nederland wil werken. Toch is de overheid bezorgd over de uitzendkrachten uit het buitenland. Een grote groep zou kwetsbaar zijn en mogelijk door malafide uitzendorganisaties niet op de juiste manier worden behandeld. Er worden arbeidsmigranten uitgebuit in Nederland. Dat heeft de overheid al eerder bekend gemaakt. Zo worden arbeidsmigranten door bepaalde malafide uitzendorganisaties onderbetaald ten opzichte van het Nederlandse personeel dat bij een opdrachtgever werkt.

Daarbij worden de regels van equal pay geschonden. Equal pay is in feite dat elke werknemer die hetzelfde werk doet en dezelfde ervaring heeft ook hetzelfde moet beloond worden. Dat is een mooi streven maar in de praktijk werkt dit niet altijd zo. Er zijn verschillende uitzendorganisaties die de regels met betrekking tot equal pay niet naleven. Arbeidsmigranten zijn in deze situatie vooral de dupe. Daarom wil de overheid maatregelen nemen om malafide uitzendorganisaties aan te pakken. Want “Nederland heeft arbeidsmigranten nodig” aldus de ministers die afgelopen vrijdag een brief hebben ingediend bij de Tweede Kamer. Het zou voor arbeidsmigranten aantrekkelijk moeten worden gemaakt om in Nederland te (blijven) werken. Dat zou voor de Nederlandse economie en welvaart van belang.