Faillissement aluminiumsmelter Aldel heeft grote gevolgen voor Delfzijl

Aldel produceerde per jaar ongeveer 160.000 ton aluminium. Het aluminium dat door deze fabriek werd geproduceerd wordt gebruikt voor verschillende producten. Zo wordt in grote schepen en jachten aluminium verwerkt maar ook in auto’s, kozijnen en fietsen. De fabrieksnaam Aldel is bestaat uit twee delen ‘Al’ en ‘del’, dit is afgeleid van Aluminium Delfzijl. De sluiting van deze grote fabriek heeft grote gevolgen voor de werkgelegenheid in de regio Oost Groningen.

Door het faillissement verliezen ongeveer 450 medewerkers hun baan. Om hun ongenoegen over de sluiting te laten blijken hebben zich meer dan 1000 mensen verzameld om de daarop volgende vrijdag te protesteren. Het protest vond plaats in Delfzijl, de plaats waar de fabriek gevestigd is. Onder de protestanten waren veel voormalig werknemers. Daarnaast hebben ook familieleden van de werknemers zich aangesloten bij het protest. Ook buurtbewoners en andere mensen die zich betrokken voelen bij de sluiting van de fabriek sloten zich aan.

De reden van het faillissement van Aldel is voor een groot deel te wijten aan de hoge energiekosten die gepaard gaan met de verwerking en productie van aluminium. De energiekosten voor één van de grootste kostenposten voor aluminium verwerkende bedrijven. In Nederland liggen betalen bedrijven over het algemeen meer voor elektriciteit en gas dan de omringende landen. In ieder geval is elektriciteit in Duitsland flink goedkoper. Door het prijsverschil in energie kan een Nederlands bedrijf zoals Aldel moeilijk concurreren met bedrijven in Duitsland die zich richten op de verwerking en productie van aluminium.

De curator Erik Eshuis begrijpt dat de voormalig medewerkers teleurgesteld zijn over de sluiting van de fabriek. Dat liet hij in een reactie weten. Eshuis rekent op een doorstart wanneer de politiek in Nederland de elektriciteitsprijs omlaag kan brengen. Dit is nodig om het bedrijf in de toekomst tegen goedkopere productiekosten aluminium te laten produceren. In totaal is de schuld van Aldel volgens Eshuis hoger dan 50 miljoen euro. Verschillende pratijen zijn bereid om bepaalde onderdelen van de fabriek over te nemen. De gieterij van de aluminiumfabriek zal nog tot het einde van januari 2014 open blijven. Dat is een maand langer dan de rest van de fabriek. De reden hiervoor is dat men hoopt dat Aldel door het in gebruik houden van de gieterij aantrekkelijk blijft voor potentiële overnamekandidaten.

Voor de demonstranten is dit echter geen oplossing. Volgens hen zou minister Henk Kamp van Economische Zaken en de Amerikaanse aandeelhouder meer moeten doen om de aluminiumfabriek open te houden. Ton Heerts de FNV-voorzitter geeft aan dat het bij het faillissement van Aldel niet alleen gaat om de honderden banen van medewerkers uit de fabriek. Volgens hem en de protestanten gaat het om de werkgelegenheid in de regio.

Vooral het feit dat in Groningen veel aardgas uit de bodem wordt gehaald en daarentegen nauwelijks wordt geïnvesteerd in de lokale werkgelegenheid zet kwaad bloed bij de Groningers. Een gedeelte van de Groningers ondervind hinder van de aardgaswinning en de bodemdaling die dat tot gevolg heeft. Desondanks wordt in Groningen door de overheid nauwelijks geïnvesteerd ter compensatie van deze, op zijn zachts gezegd, ‘ongemakken’.

Reactie van Technisch Werken
De situatie die zich afspeelt rond het faillissement van Aldel toont aan wat de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven in de markt is. Bedrijven die veel energie verbruiken voor de productie van goederen of halffabricaten hebben grote moeite om hun prijzen op een acceptabel marktniveau te houden. De enorme hoeveelheid promotie die energiebedrijven maken in Nederland lijkt wel een sprookje en de harde werkelijkheid is de sluiting van het aluminiumverwerkend bedrijf  Aldel. De Nederlandse overheid kan Aldel wel een financiële injectie geven van 8 miljoen euro subsidie die beschikbaar werden gesteld door het Rijk en de provincie Groningen. Dit heeft totaal geen zin zolang de energiekosten hoog blijven. Het enige dat met de 8 miljoen aan subsidiegeld is gekocht is tijd.

Oorzaken bestrijden
Het moet langzamerhand toch doordringen bij de hoogopgeleide ambtenaren in Den Haag dat Nederlandse bedrijven niet gebaat zijn het bestrijden van gevolgen, de overheid moet structurele oplossingen bieden! Energielasten zijn structurele lasten, wanneer deze lasten structureel worden verlaagd ontstaat een structurele verbetering van de marktpositie van een bedrijf. Het is jammer dat een land als Duitsland ons weer eens een spiegel heeft voorgehouden. Wereldwijd worden enorme veldslagen geleverd op het gebied van energie. Duurzame energie is een belangrijk aspect waarin veel geïnvesteerd moet worden om uiteindelijk een structureel rendement en concurrentievoordeel te behalen.

Bezuinigen geen oplossing
De overheid in Nederland legt echter de nadruk op bezuinigingen. Hierdoor kun je op korte termijn wat geld in de schatkist krijgen, of beter gezegt houden want het geld wordt niet uitgegeven. Andere landen die in plaats van bezuinigingen een gunstig investeringsklimaat realiseren voor bedrijven zijn al bezig met de voorbereidingen op een economisch herstel. Zij investeren in een verlaging van productiekosten en verhoging van het rendement van bedrijven. Het is jammer dat Europa alle deelnemende landen strikte regels oplegt met betrekking tot begrotingstekorten. Een land als Nederland heeft zich tientallen jaren goed staande gehouden in Europa en kwam haar afspraken over het algemeen na. Waarom moeten wij ons zo plichtsgetrouw houden aan de beperkingen die door de Europese overheid worden opgelegd. Griekenland en andere Zuid-Europese landen hebben dat ook niet gedaan. Juist deze Zuid Europese landen staan bekend om hun corruptie en zelf verrijkende bestuursleden.  Laatst was in het nieuws dat veel ambtenaren van de Griekse regering een Zwitserse bankrekening hebben. Daar wordt nauwelijks tegen opgetreden. De overheid van Griekenland eist echter wel van de gemiddelde Griek dat ze belasting moeten betalen terwijl de leden van de overheid dat zelf proberen te ontwijken. In plaats van sancties ontvangen deze landen financiële injecties van de overige Europese lidstaten die daardoor minder geld te besteden hebben in hun eigen land. Hun begrotingstekorten nemen toe en hun concurrentiepositie verslechtert.

Gebrek aan visie
Nederland is in Europa altijd één van de braafste landen geweest. Het wordt nu tijd dat ze één van de slimste landen van Europa wordt en haar concurrentiepositie in een snel tempo verbetert. Daarvoor hebben we lagere energieprijzen nodig en een gunstig investeringsklimaat. Eenvoudigweg snijden in kosten is niet voldoende. Er moet door het kabinet een visie worden uitgedragen. Dit is niet alleen landelijk nodig maar ook lokaal. Bedrijven als Aldel zouden in Duitsland uitstekend draaien en in Nederland is dat gewoonweg niet mogelijk. De frustraties van de demonstranten zijn goed te begrijpen. Het wordt tijd dat het kabinet iets doet in plaats van geld en werk weghaalt bij de mensen die het nodig hebben.

Het enige dat structureel is aan het faillissement van Aldel is dat de werkgelegenheid in regio Delfzijlde komende tijd is gedaald. Ook zullen de 450 ontslagen werknemers niet eenvoudig meer aan een baan kunnen komen. Aluminiumproductie is uniek en de sprookjes over omscholing en bijscholing die door het UWV en reïntegratiebedrijven worden verkondigd gelooft zo langzamerhand niemand meer. Het is tijd voor realisme. De leden van het kabinet hoeven zich geen zorgen te maken. Zodra ze hun termijn er op hebben zitten, krijgen ze wel een baan gegund bij een bank of overheidsinstelling. Anders kunnen ze altijd nog duizenden euro’s per dag verdienen in een adviescommissie die onderzoeken doet naar de misstappen van hun voormalig collega’s. Daarvan staan de uitkomsten van te voren al vast. Daarom zou een HBO stagiair prima deze commissies kunnen leiden vergezeld met de gedupeerden van het overheidsbeleid. De toon van deze adviesrapporten zal dan scherper worden. Daarbij moet niet de illusie worden gewekt dat er wat met deze rapporten wordt gedaan. Het is zuiver kastvulling die ten prooi zal vallen aan een laag stof.

Situatie Groningen
Voor de voormalig werknemers van Aldel is de situatie helaas niet rooskleurig. Ze staan op straat en de kans op werk in die regio is niet heel groot. Ook transportbedrijven die samenwerkten met Aldel zullen de gevolgen merken evenals de energiecentrales die nog maar kort geleden in die regio zijn gebouwd. Een protest is een uiting van ongenoegen. Dit is goed maar de meeste doorgewinterde politici geven niets om werklozen die op straat komen te staan. Ze verkorten de WW- periode gewoon zodat de kosten voor de overheid beperkt blijven. Dat goedbedoelde hardwerkende Groningers noodgedwongen werkloos thuis zitten en maar moeilijk rond kunnen komen bezorgt de politici in Nederland geen slapeloze nachten. Ondertussen halen nutsbedrijven in dienst van dezelfde overheid  het gas wel uit de aardbodem van Groningen om het te transporteren naar andere landen. De Groninger die er boven woont profiteert hier niet van mee. Hij of zij krijgt af en toe een scheur in de muur en hoort vervolgens van een minister dat dit niets of nauwelijks met de gaswinning te maken heeft. Deze conclusie trekt de minister natuurlijk op basis van een rapport van een commissie en niet op basis van de klachten en de schade van de gebouwen van de lokale bevolking. Deze bevolking kan trouwens niet makkelijk verhuizen want de huizenprijzen dalen in gebieden waar de bodem zakt en de gaswinning schade veroorzaakt aan de muren en vloeren. Deze schade die ontstaat door de bodemverzakking is gelukkig maar in een klein gebied van provincie Groningen merkbaar. Toch speelt dit wel mee met het gevoel van de Groningers. Wanneer grote bedrijven ook nog de deuren moeten sluiten voelen ze zich in de steek gelaten door de regering. Het maakt allemaal niets uit. Als het kabinet valt zijn er in de komende verkiezingsstrijd altijd weer politieke partijen die beloven te investeren in het Noorden van Nederland. Wanneer een nieuw kabinet gevormd is voelden de politici zich vrij om deze afspraken en beloften onder het mom van economische crisis of een andere smoes weer in de prullenbak te gooien. Het is fijn dat we in een democratie leven al merk je daar niet veel van.