De afgelopen maanden werden in Nederland steeds meer huurwoningen verkocht. Door het kabinetsbeleid is het verhuren van huurwoningen in de vrije sector minder aantrekkelijk. Een groot aantal huurwoningen die in deze sector vallen wordt daarom verkocht. Dit heeft woningplatform Pararius bekend gemaakt. Volgens deze organisatie neemt het aanbod van huurwoningen af in zowel de sociale sector als in de vrije sector. Ondertussen wordt het aandeel voormalige huurwoningen op de verkoopmarkt van woningen steeds groter. In het derde kwartaal was ongeveer 7 procent van de koopwoningen een voormalige huurwoning. Dit percentage nam in het laatste kwartaal van 2023 toe tot bijna 8 procent.
Woningaanbod
Er worden in Nederland dus meer woningen te koop aangeboden. Echter zorgt dat niet voor een betere balans tussen vraag en aanbod op de woningmarkt. De vraag naar woningen is zo groot dat de voormalig huurwoningen ook tegen forse bedragen worden aangeboden. Voor starters is het aanschaffen van een voormalige huurwoning daarom dikwijls niet haalbaar. De toename in het aanbod van koopwoningen is te beperkt om voor een lagere gemiddelde woningprijs te zorgen op de woningmarkt.
Huurprijs omhoog
Ondertussen wordt het aanbod aan huurwoningen voor huurders ook beperkter. De huurwoningen die worden verkocht als koopwoningen verdwijnen namelijk dikwijls van de huurmarkt. Voor mensen die graag willen huren neemt het aanbod af. Dat heeft tot gevolg dat er ook voor huurders een krapte ontstaat op de huurmarkt. In de vrije sector zijn de huurprijzen toegenomen. In deze sector is de gemiddelde huurprijs in de laatste maanden van vorig jaar gestegen met acht procent op jaarbasis. Volgens woningplatform Pararius komt daardoor de gemiddelde huurprijs per vierkante meter uit op 18 euro in Nederland.
Balans is ver weg
De komende tijd is een balans op de woningmarkt nog ver te zoeken. De lagere hypotheekrente zorgt er voor dat mensen gemiddeld meer kunnen bieden op koopwoningen. Voor starters die geen woning hebben verkocht is het nog steeds lastig om een woning te kopen. Deze groep is meestal aangewezen op het huren van een woning. Omdat het aanbod aan huurwoningen afneemt kunnen starters in de knel raken, ze kunnen niet huren en niet kopen. Deze groep valt al jaren buiten boord op de woningmarkt. De maatregelen die het kabinet heeft bedacht blijken voor de starters nauwelijks positief effect te hebben. Daardoor hebben mensen met een hoog inkomen of met veel spaargeld op de woningmarkt verhoudingsgewijs grote voordelen. Een bepaalde groep heeft nog wel keuze en kan dikwijls zelfs overbieden terwijl een andere groep op de woningmarkt aan de kant blijft staan. Een balans op de woningmarkt is ver te zoeken.