Drijvende zonnecentrale in aanbouw door Nederlands consortium in 2018

Zes Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven zijn van plan om de eerste drijvende zonnecentrale op zee bouwen. Deze offshore zonnecentrale zal 15 kilometer uit de kust van Scheveningen worden aangebracht. De komende drie jaar zal het consortium starten met een proefproject. Dit proefproject zou een oppervlakte van 2.500 vierkante meter moeten krijgen. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft haar steun toegekend aan het project. De deelnemende organisaties zijn zelf heel enthousiast over de plannen en noemen deze ”zeer interessant” voor Nederland.

Zonnefarms
Er zullen in de toekomst zogenaamde zonnefarms worden gebouwd. Deze zonneboerderijen, zoals je zonnefarms in het Nederlands zou kunnen vertalen, moeten tussen de windmolens op de Noordzee worden gebouwd. Op die manier kan er nog meer elektrische energie worden opgewekt op zee. Dan worden namelijk niet alleen windmolens gebruikt maar ook zonne-energievelden waarmee men zonlicht kan omzetten in elektrische energie. Op die manier kunnen de hernieuwbare energiebronnen uit de natuur nog beter worden benut.

Voordelen zonnevelden op zee
Waar windmolens op zee af en toe op weerstand kunnen stuiten vanwege de horizonvervuiling is dat met zonnevelden op zee veel minder het geval. Bovendien zorgen deze zonnefarms niet voor problemen met betrekking tot oppervlakte. Op zee is er vaak ruimte genoeg voor zonnefarms terwijl op land veel minder ruimte beschikbaar is. Verder zou de opbrengst van zonnepanelen op zee ook ongeveer vijftien procent hoger liggen. Dat heeft onder andere te maken met het feit dat er mee zon schijnt op de zee. Er zijn geen belemmeringen van bouwen en bomen die het zonlicht kunnen blokkeren en bovendien reflecteert het zonlicht van het water naar de wolken en weer terug waardoor de opbrengst hoger wordt. Daarnaast worden zonnepanelen op zee ook nog door het zeewater gekoeld. Daardoor zouden de zonnepanelen beter presteren.

Nadelen van zonnevelden op zee
Er zijn echter ook nadelen verbonden aan zonnevelden op zee. De zee is namelijk niet altijd een kalme rustige omgeving. In plaats daarvan kan de zee een hele woeste en onstuimige omgeving zijn waar men de elektronica van zonnepanelen niet direct geschikt voor zou moeten vinden. Denk aan grote golven stormen en alle soorten van neerslag. De destructieve natuurkrachten zorgen voor terughoudendheid bij het plaatsen van zonnefarms op zee. Toch is ook hier kennis de oplossing. De Nederlandse kennis en ervaring uit de offshore-industrie kunnen een deel van deze problemen ondervangen.

Welke bedrijven nemen deel aan het consortium?
Er zijn verschillende bedrijven die deelnemen aan het consortium dat zich richt op de ontwikkeling en bouw van een drijvende zonnecentrale. De initiatiefnemer is Oceans of Energy uit Leiden. Naast deze organisatie nemen ook de volgende bedrijven en organisaties deel aan het consortium:
• Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN),
• onderzoeksinstituut TNO,
• Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN),
• energiebedrijf TAQA uit de Verenigde Arabische Emiraten
• Universiteit Utrecht
In totaal zal het proefproject bij Scheveningen 2 miljoen euro gaan kosten. Van dit bedrag is 1,4 miljoen subsidie van het ministerie. Er zijn verschillende landen en bedrijven die interesse hebben in de ontwikkeling van een zonnecentrale op zee. Daardoor wordt deze ontwikkeling goed gevolgd. Het zou namelijk mogelijk moeten worden gemaakt dat ook afgelegen eilanden doormiddel van zonnevelden op zee van elektrische energie kunnen worden voorzien.