Dertig procent werknemers heeft in 2021 geen inspraak over thuiswerken

Uit een onderzoek van de FNV dat gehouden is onder 5000 leden die werkzaam zijn in kantoorfuncties komt naar voren dat een op de drie FNV-leden geen inspraak heeft over de locatie waar zij werken. Deze leden hebben dus ook geen inspraak over het thuiswerken. Dat is voor veel medewerkers teleurstellend want 63 procent wil juist dat een betere inspraak vanuit de werknemer wettelijk wordt vastgelegd. Verschillende politieke partijen zijn voorstander van meer inspraak voor werknemers op dit gebied. Er zijn ook in de Tweede Kamer partijen die willen dat de inspraak voor werknemers met betrekking tot de werklocatie wettelijk wordt vastgelegd. Werknemers zouden dan recht hebben om zowel thuis als op kantoor te kunnen werken.

Draagvlak binnen vakbond en politieke partijen

Niet alleen een aantal politieke partijen zijn hier voorstander van ook de FNV-vicevoorzitter Kitty Jong is voor een stevigere positie van de werknemer. Volgens haar zijn de leden van de vakbond duidelijk over hun wensen. Daarnaast geven de werknemers ook aan dat ze thuis veel productiever zijn dan op kantoor. De FNV hoopt dat er snel iets wettelijk wordt vastgelegd. Zodra dit wettelijk is geregeld zal de FNV er alles aan doen om duidelijke afspraken te maken met werkgevers over thuiswerken en de inspraakmogelijkheden voor werknemers op dit onderwerp. Momenteel bepalen werkgevers vrijwel alleen wat wel en niet kan en mag op het gebied van thuiswerken volgens de FNV-vicevoorzitter.