De stintfabrikant heeft zijn faillissementsaanvraag ingetrokken. Eerder had hij besloten om zijn bedrijf failliet te verklaren omdat de stint geen toekomst meer zou hebben door het verbod op dit elektrische voertuig op de openbare weg. De directeur Edwin Renzen heeft nu echter aangegeven dat hij in overleg met zijn advocaat heeft afgesproken om eerst de lopende procedures over de elektrische bolderkar af te wachten. Het bericht werd dinsdagavond bekend gemaakt tegen RTV Utrecht.
Sinds 1 oktober 2018 mag de elektrische bolderkar niet meer de weg op. Deze beslissing volgde na het ongeval in Oss waarbij een stint in botsing kwam met een trein. Door het ongeluk verloren vier kinderen hun leven en raakten er ook mensen zwaar gewond. De veiligheid van de stint werd een onderwerp van gesprek. Omdat er twijfels zijn over de veiligheid van dit voertuig heeft de minister in afwachting van onderzoeken besloten om de stint van de openbare weg af te halen.
Het is nu verboden om met de stint aan het verkeer deel te nemen. Op dit moment doet de TNO onderzoek naar de veiligheid van het voertuig. Aan het einde van dit jaar wordt de uitkomst van het onderzoek verwacht. De eigenaar van de stintfabriek wilde de uitslag van dit onderzoek niet afwachten bij zijn eerdere aankondiging van het faillissement. Hij zei in een bericht dat de naam van de stint door de media en de onderzoeken vaak slecht in het nieuws naar voren kwam waardoor de verkoop en het gebruik van de stint toch terug zou lopen. Daardoor zou het voortbestaan van het bedrijf dusdanig worden bedreigd dat een faillissement noodzakelijk is.
Inmiddels heeft het bedrijf besloten om het faillissement in te trekken. Directeur Renzen geeft aan dat er nog geen geldschieter is geweest maar dat er wel verschillende aanbiedingen richting het bedrijf zijn gedaan. Daardoor hoeft een faillissement niet onvermijdelijk te zijn. Mogelijk gaat het bedrijf ook in de toekomst door met de productie van de stint als uit het onderzoek naar voren komt dat het voertuig toch veilig is.