De woningprijzen zijn in Nederland in het derde kwartaal op een gemiddelde verkoopprijs uitgekomen van 425.000 euro. Deze gemiddelde verkoopprijs ligt 5,8 procent lager dan de gemiddelde verkoopprijs die in het tweede kwartaal van 2022 werd behaald. Dit komt naar voren uit cijfers die de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) bekend heeft gemaakt. Door heel Nederland is de prijsdaling merkbaar. Maar er zijn wel verschillen. Zo zijn er in de omgeving van Amsterdam voor prijsdalingen merkbaar. Zo daalden de prijzen van verkochte woningen met 8 tot 9 procent in de omgeving IJmond, Haarlem en Groot-Amsterdam. Niet alleen in Amsterdam daalden de woningprijzen sterk.
Ook in de regio’s Utrecht en Den Haag gingen de woningprijzen met een percentage hoger dan 6 procent omlaag. Het aanbod op de woningmarkt blijft groeien. Zo is er sprake van een groei van 80 procent in het woningaanbod op jaarbasis. Aan het einde van het derde kwartaal stonden in Nederland meer dan dertigduizend woningen te koop. Er ontstaat langzaam maar zeker meer balans op de woningmarkt. Dat komt door de toename in het aanbod en ook de afname in het prijsniveau. Gemiddeld zou de prijsstijging uitkomen op 2 procent op jaarbasis. Dit verschil is veel lager dan de gemiddelde prijsstijging van de afgelopen jaren die op 20 procent uitkom. Desondanks is nog steeds ruim 64 procent van de verkochte woningen boven de vraagprijs verkocht. De verkoopprijs van woningen lag gemiddeld 3 procent boven de vraagprijs.