Parttimers willen meer werken in de Europese Unie in 2016

Een groot deel van de werknemers die in 2016 op prattime basis werkt wil eigenlijk meer uren werken dan ze daadwerkelijk op dit moment doen. Dit heeft het Europese statistiekbureau Eurostat donderdag 19 mei 2016 bekend gemaakt in een banenrapport. Hieruit blijkt ook dat het overgrote deel van de parttimers in de EU vrouw is. Ongeveer 66 procent van de parttimers is namelijk vrouw aldus Eurostat.

In Nederland is de wens om meer te werken onder parttimers lang niet zo groot als in de landen Griekenland en Spanje. Ook in Cyprus ligt de wens van parttimers om meer uren te draaien aanzienlijk hoger. In Nederland wil bijvoorbeeld 13,4 procent van de parttimers liever meer werken. In Griekenland en Cyprus is dat percentage 70 procent. Als men alle landen in de EU bekijkt dan wil gemiddeld 22,4 procent van de deeltijdwerkers meer werken.

Hoeveel mensen werken deeltijd in de EU?
In de Europese Unie werkten in 2015 in totaal 48 miljoen werknemers in deeltijd. Het totaal aantal werkenden in de EU was vorig jaar 220 miljoen. Eurostat heeft berekend dat in de leeftijdscategorie 15 jaar tot 74 jaar in Europa in totaal 23 miljoen mensen werkloos waren. Verder waren er volgens Eurostat nog 136 miljoen zogenaamd economisch inactief. Deze groep mensen wilde wel betaald werk uitvoeren maar gingen niet op zoek omdat ze moedeloos waren en de kans op werk zo laag inschatten dat ze het zoeken naar werk achterwege lieten. Daarnaast zaten onder de 136 miljoen ook mensen die nog studeerden.

Reactie van Technisch Werken
Het is niet verwonderlijk dat de landen die een hoge werkloosheid hebben ook een grote groep parttimers hebben die eigenlijk liever meer willen werken. Er zijn altijd parttimers die meer willen werken maar dan moet er natuurlijk wel werk zijn. Bij gebrek aan werk blijft men als parttimer werkzaam tegen eigen wil in. Daar komt pas verandering in als de arbeidsmarkt verbetert en de werkgelegenheid aantrekt. In landen zoals Nederland is parttime werk veel vaker een vrijwillige keuze. Hier is de werkgelegenheid ook aanzienlijk beter dan in Griekenland en Spanje.