Tegen het einde van 2020 zijn er steeds minder mensen met een risicovolle aflossingsvrije hypotheek in Nederland. Met een risicovolle aflossingsvrije hypotheek worden hypotheken bedoelt waarop men niet aflost en waarmee men tegen het einde van de looptijd van de hypotheek in de problemen kan komen. Deze problemen ontstaan bijvoorbeeld als de waarde van de woning is gedaald waardoor de woning ten opzichte van de hypotheek minder waard is. Dan spreekt men ook wel van een woning die ‘onder water’ staat. Op dit moment is het aandeel van de aflossingsvrije hypotheken die als risicovol worden beschouwd gedaald naar iets onder de 6 procent terwijl dit percentage eerder nog op 8 procent stond.
Dit werd donderdag 5 november 2020 bekend gemaakt door Nederlandse Vereniging van Banken (NVB). Er zijn verschillende factoren te benoemen waardoor de hypotheken minder problematisch zijn. Een belangrijke bijdrage is dat de huizenprijzen omhoog zijn gegaan. Daardoor zijn er minder huizen die onder water staan. De banken hebben tijdens hun onderzoek in totaal ongeveer 144.000 klanten gesproken over de risico’s van een aflossingsvrije hypotheek. Hieruit kwam naar voren dat veel mensen maatregelen hebben genomen om extra geld af te lossen op hun aflossingsvrije hypotheek. Daardoor is deze hypotheek niet meer zo hoog. Verder zijn er mensen die hebben besloten om hun hypotheek toch om te zetten naar een minder risicovolle hypotheek. Tot slot zijn er ook mensen die hebben besloten om meer spaargeld op te bouwen. Volgens een woordvoerder van de NVB hebben de eerste twee maatregelen het meeste effect gehad.