Gemiddelde pensioenleeftijd in 2019 voor het eerst boven 65 jaar

In 2019 lag de gemiddelde leeftijd van de Nederlanders die met pensioen gingen voor het eerst boven de 65 jaar. Dit is naar voren gekomen uit cijfers die maandag 16 november 2020 zijn gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Volgens het statistiekbureau was ruim 65 procent van de mensen die vorig jaar met pensioen gingen 65 jaar of ouder. De afgelopen jaren is de gemiddelde leeftijd waarop mensen met pensioen gaan al aan het stijgen. Rond 2000 lag de gemiddelde pensioenleeftijd in Nederland nog op ongeveer 61 jaar. Vanaf dat moment is er duidelijk een stijging merkbaar. In 2019 is de gemiddelde pensioenleeftijd voor het eerst uitgekomen op 65 jaar en een maand.

Werknemers zouden volgens het CBS meer gestimuleerd worden om langer door te werken. Daarnaast is de leeftijd waarom iemand in aanmerking kan komen voor de AOW de afgelopen jaren in stappen omhoog gegaan. In 2019 kon men bijvoorbeeld pas voor AOW in aanmerking komen als iemand 66 jaar en 4 maanden oud was. De overheid wil dat mensen langer doorwerken. Dan kunnen er kosten worden bespaard en kan de overheid ook langer inkomsten krijgen door de afdrachten die werkgevers en werknemers moeten doen. De loonbelasting is een belangrijke inkomstenbron voor de overheid. Verder is er in Nederland sprake van vergrijzing en zogenaamde ontgroening. Dat betekent dat er straks steeds minder werkenden zijn ten opzichte van het aantal ouderen dat met pensioen is gegaan. Dat betekent dat de financiële druk op de werknemers waarschijnlijk in de toekomst gaat toenemen. Dat moet voorkomen worden door het werkzame leven van werknemers te verlengen.