Flexwerk is van groot belang voor de arbeidsmarkt. Dat is in 2015 gebleken en ook in 2016 is flexwerk een belangrijke motor voor de economie en de daaraan verbonden arbeidsmarkt. De invoering van de Wet Werk en Zekerheid heeft de arbeidsmarkt voor flexwerkers beschadigd maar ondanks dat groeit het aantal mensen dat op flexibele basis werkt in Nederland.
Flexwerk in 2015
In 2015 zijn zeven op de tien mensen die aan het werk zijn gegaan op flexibele basis gestart. Bij deze groep keek men naar werkzoekenden die geen onderwijs volgden op het moment dat ze werk zochten. Een groot deel van de werkzoekenden die op flexibele basis aan de slag is gegaan vond een baan in de schoonmaakbranche. Daarnaast hebben verschillende mensen werk gevonden als zelfstandige (zzp’er). Dat is gebleken uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Minder vaste contracten
Het komt steeds minder vaak voor dat men een nieuwe baan vindt op basis van een vast contract. Werkzoekenden die minimaal drie maanden werkloos waren hebben slechts in 12 procent meteen een vaste baan gekregen. Tien jaar geleden kregen werkzoekenden in deze positie bijna twee keer zo vaak een vast contract. In 2005 kreeg namelijk 20 procent van de werkzoekenden een vast contract als ze drie maanden in de WW hadden gezeten.
Deeltijdbanen
In 2015 hebben gemiddeld 300.000 mensen betaald werk gevonden per kwartaal. Van dit aantal volgden 160.000 mensen geen onderwijs meer. Per kwartaal stopten 290.000 mensen met werken. Van deze groep volgden 190.000 personen geen onderwijs meer. De meeste mensen die werk zochten in 2015 vonden een deeltijdbaan van 12 tot 35 uur per week. Van de werkzoekenden vond 37 procent een fulltimebaan. In 2005 was het aantal mensen dat een fulltimebaan vond nog 42 procent.
Bang voor flexwerk?
Maurice Limmen de voorzitter van vakbond CNV gag aan dat de meeste mensen die een baan vinden inderdaad een flexbaan krijgen. Volgens hem is er een “angstbeeld” ontstaan bij werknemers die op flexibele basis werken. Volgens de voorzitter zijn mensen bang dat ze hun hele leven op flexibele basis moeten werken.
Vastigheid is belangrijk op arbeidsmarkt
Volgens Maurice Limmen van het CNV moet werk vastigheid bieden. Volgens hem is vast werk belangrijk om zekerheid te hebben. Als men vast werk heeft kan men bijvoorbeeld ook een woning kopen en een opleiding. Volgens de voorzitter is uit cijfers gebleken dat een baan steeds minder vastigheid biedt en daardoor ook minder als fundament dient voor het volgen van een opleiding of het afsluiten van een hypotheek.
Reactie van Technisch Werken
De overheid probeert de arbeidsmarkt te hervormen maar de arbeidsmarkt hervormt zichzelf. Ondanks de Wet Werk en Zekerheid en andere pogingen van de overheid om de arbeidsmarkt te hervormen , gaat de arbeidsmarkt haar eigen gang. Flexwerk wordt belangrijker en daar moet de overheid een antwoord op vinden. Het antwoord ligt niet in het beperken van de mogelijkheden om flexibel te werken. In plaats daar van moet de overheid juist kijken naar oplossingen waarmee flexwerkers toch een bepaalde zekerheid kunnen krijgen op de arbeidsmarkt. Daarbij moeten de werkgevers niet onder druk worden gezet door transitievergoedingen te eisen als werknemers na 2 jaar noodgedwongen moeten vertrekken.
De overheid zou er goed aan doen om met zowel bedrijven als met uitzendbureaus gezamenlijk te kijken naar oplossingen. Het lijkt er nu namelijk op dat de overheid de arbeidsmarkt niet meer snapt en dan teruggrijpt op ideeën als: een vast contract is voor elke werknemer het beste. Die ideeën zijn allang achterhaald. Men weet nu ook wel dat een vast contract niet zegt. Bovendien krijgen mensen die gewend zijn om op flexibele basis te werken sneller een nieuwe baan omdat ze bekend zijn bij uitzendbureaus. Als mensen met een vast contract, na tientallen jaren dienstverband, worden ontslagen moeten ze meestal wennen aan de hectische veranderingen op de arbeidsmarkt. Flexwerkers zijn daar aan gewend en dat biedt voor deze groep voordelen. Flexwerk is niet nadelig.