De vakbonden FNV, CNV Vakmensen en De Unie hebben aangegeven dat ze willen dat het cao-akkoord tussen LBV en de uitzendkoepels ABU en NBBU nietig wordt verklaard. Afgelopen dinsdag kwam dit cao-akkoord tot stand tussen de ABU, NBBU en de alternatieve vakbond Landelijke Belangen Vereniging (LBV). De FNV, CNV en De Unie waren eerder uit het overleg gestapt met de ABU en de NBBU. Daardoor hebben de werkgeversverenigingen van de uitzendsector (ABU en NBBU) besloten om samen met de LBV tot een akkoord te komen over een nieuwe cao voor de uitzendbranche. Volgens de FNV, CNV en De Unie is de LBV niet onafhankelijk. Deze vakbond zou onder andere niet kritisch genoeg zijn ten opzichte van werkgevers.
Loondoorbetaling uitzendkrachten
De huidige cao voor de uitzendbranche loopt af op 1 juni 2021. Er werd door de werkgeversorganisaties van de uitzendbranche al overleg gevoerd met de drie grote vakbonden. De ABU en NBBU kwamen er echter niet uit de met de vakbonden CNV, FNV en De Unie. Volgens de grote vakbonden moeten werkgevers meer doen om de arbeidsvoorwaarden gelijk te stellen met die arbeidsvoorwaarden van vast personeel. Er werd door de vakbonden onder andere geëist dat uitzendkrachten hun loon doorbetaald moeten krijgen bij het wegvallen van uitzendarbeid. Deze eisen zijn natuurlijk moeilijk door werkgevers in de uitzendbranche realiseren. Uitzendbureaus hebben al te maken met behoorlijk wat leegloop voor hun gedetacheerden.
Huidige uitzendcao blijft geldig tot 1 oktober 2021
Het uitzendwerk is juist flexibele arbeid. Daarbij krijgt de uitzendkracht elk uur uitbetaald maar als de uitzendkracht niet werkt wordt er ook geen uur in rekening gebracht. Uitzendorganisaties zouden de uitzendkrachten dan moeten betalen maar kunnen daarvoor geen inkomsten verwachten. Dat houden uitzendbureaus natuurlijk niet lang vol. De vakbonden bleven bij hun standpunten en daardoor is het overleg gestopt tussen de vakbonden en de NBBU en de ABU. Vervolgens hebben deze werkgeverorganisaties voor de uitzendbranche een akkoord gesloten met de LBV. Daarin staat dat de huidige cao voor uitzendkrachten wordt verlegd. Deze verlening zou duren tot 1 oktober 2021. Er wordt een overeenkomst opgesteld over de verlening. Dit is echter niet noodzakelijk. Als de einddatum van een cao verstrijkt blijven de oude CAO-afspraken gelden.