Start-ups zijn kleine gespecialiseerde bedrijven die zich vaak richten op het produceren en het leveren van innovatieve diensten. Veel startups zijn zogenaamde pioniers in de markt. Dat zorgt er voor dat deze bedrijven een belangrijke rol kunnen spelen voor de kenniseconomie van Nederland en Europa. Het probleem is echter dat veel startups wel goede ideeën hebben maar eenvoudigweg te weinig geld. Vooral in de coronacrisis is het lastig om voldoende geld beschikbaar te krijgen om ideeën om te zetten in concrete producten en diensten. Investeerders zijn voorzichtiger geworden.
Corona Overbruggingslening
Dat zorgt er voor dat sommige jonge bedrijven in Nederland door de coronacrisis in de knel zijn gekomen. De overheid heeft daarvoor een oplossing bedacht. Vanaf volgende week woensdag kunnen startups en zogeheten scale-ups via de overheid in aanmerking komen voor de Corona-Overbruggingslening. In deze nieuwe regeling is in totaal 100 miljoen euro beschikbaar gesteld. Dit geld wordt beschikbaar gesteld in de vorm van leningen via de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s). De bedragen die beschikbaar worden gesteld variëren van 50.000 tot 2 miljoen euro en komen met een vast rentepercentage van 3 procent. Als er bedragen boven de 250.000 euro worden aangevraagd wordt er door de overheid 25 procent cofinanciering verwacht van de aandeelhouders of andere investeerders.
Belangrijk voor de toekomst
Staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat heeft in een reactie aangegeven dat start-ups en scale-ups van groot belang zijn voor de toekomst van onze economie en onze maatschappij. “Deze bedrijven zorgen voor de inkomsten en banen van morgen én dragen met hun innovatieve producten en diensten bij aan het oplossen van wereldwijde uitdagingen – zoals de coronacrisis” aldus de staatssecretaris.