Kabinet wil elektrisch rijden minder stimuleren vanaf 2019

De overheid is groot voorstander van elektrisch rijden. De komende jaren moeten elektrische auto’s zoveel mogelijk benzineauto’s en diesels vervangen op de autowegen. Op die manier zouden de doelstellingen in het klimaatakkoord beter behaald moeten worden. Elektrische auto’s stoten namelijk geen CO2 uit wanneer ze worden opgeladen met duurzame elektriciteit. De voordelen van elektrische auto’s worden steeds groter nu er ook meer geïnvesteerd gaat worden in een omvangrijke infrastructuur aan laadpalen. Ondanks al deze positieve ontwikkelingen lijkt de overheid het toch even wat rustiger aan te doen op het gebied van het stimuleren van elektrisch rijden. In het Klimaatakkoord wat op dit moment in ontwikkeling is worden de stimuleringsmaatregelen voor elektrisch rijden versoberd. Leasebedrijven en de Stichting Natuur en Milieu zijn hier bezorgd over. Door het versoberen van stimuleringsmaatregelen voor elektrisch rijden zou het gebruik van elektrische auto’s onnodig duurder worden.

Dat is de redenering van Natuur en Milieu. Deze organisatie geeft aan dat deze ontwikkeling slecht is voor het terugdringen van de CO2-uitstoot in de autotechniek. Er zijn een aantal bronnen die melden dat de coalitie de plannen voor het elektrisch rijden die in het ontwerpakkoord stonden wil aanpassen op veel punten. De hogere accijns en wegenbelasting op fossiel rijden zouden worden geschrapt in het nieuwe klimaatakkoord. Daarnaast zou de subsidie van 6000 euro worden gehalveerd. Verder zou de bijtelling op volledig elektrische auto’s op korte termijn van 4 procent worden aangepast en naar 8 of 10 procent gaan. Het aangepaste lage tarief zou bovendien maar gelden voor elektrische auto’s tot een cataloguswaarde van 40.000 euro. In het conceptklimaatakkoord lag deze grens op 50.000 euro. Dit zijn slechts een aantal voorbeelden waaruit blijkt dat de overheid minder geld vrij wil maken om elektrisch rijden populairder te maken onder automobilisten.