De inflatie in de Eurozone is in september verder gedaald. In september kwam de inflatie namelijk uit op 0,9 procent. Dat is het laagste inflatieniveau sinds het einde van het jaar 2016. Dit bericht werd dinsdag 1 oktober 2019 bekend gemaakt door het Europese statistiekbureau Eurostat. Deze organisatie publiceerde een aantal cijfers over de inflatie in de Eurozone. Volgens Eurostat bleef ook de kerninflatie laag op 1 procent. Deze kerninflatie is het inflatiecijfer waarbij de prijzen van voedsel en energie niet zijn meegenomen. De prijzen van voedsel en energie zijn namelijk sterk fluctuerend.
ECB ontevreden
De Europese Centrale Bank (ECB) is ontevreden over de lage inflatie in de Eurozone. De centrale bank van Europa heeft als doelstelling een inflatiepercentage tegen de twee procent. Dit doel probeert de ECB de afgelopen twee jaar te behalen maar nog zonder succes. De ECB verlaagde de rente de afgelopen tijd al meerdere malen in de hoop dat consumenten en bedrijven door de lage rente meer geld zouden uitgeven. Daarnaast heeft de ECB ook andere steunmaatregelen doorgevoerd. Ook het nieuwe pakket van steunmaatregelen bevatte een renteverlaging. Desondanks wordt er in Europa niet aanzienlijk meer geld uitgegeven en blijft de rente laag.
De lage rente werkt ook door in een lage hypotheekrente. Dat heeft in eerste instantie een positief effect gehad op de woningmarkt maar heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat de prijzen op de woningmarkt verder zijn opgedreven. Men kon meer hypotheek krijgen waardoor de biedingen op huizen omhoog gingen. Veel koopwoningen zijn inmiddels voor een groot deel van de woningzoekers onbetaalbaar geworden.
Sparen levert niets op
Een groot nadeel van de lage rente is dat veel spaarders op een gegeven moment nauwelijks meer rendement op hun spaargeld krijgen. Dat is ook zo bij pensioenfondsen die hun rendement op hun beleggingen hebben zien kelderen. Particuliere spaarders houden nauwelijks rente over op hun spaargeld en moeten rekening houden met een negatieve rente. Dat betekent dat er mogelijk geld betaald moet worden voor spaargeld dat uitstaat. In dat geval kost sparen juist geld. Dat is voor veel mensen de omgekeerde wereld maar het lijkt wel een realiteit te worden. De mogelijkheid dat sparen geld gaat kosten is voor de ECB niet per definitie negatief het zou juist mensen extra kunnen aansporen om meer geld uit te geven.