De Europese Unie is van plan om de Europese invoerheffingen op stalen buizen en pijpen uit Rusland en Oekraïne te handhaven voor de komende vijf jaar. De Europese Commissie is tot dit besluit gekomen omdat beide landen ook in 2018 nog steeds veel staal zouden dumpen op de Europese staalmarkt. Door het goedkope dumpstaal wordt de Europese staalindustrie bedreigd. De staalproducenten in Europa willen beter beschermd worden tegen de dumpprijzen van andere staalproducenten wereldwijd. De staalproducenten in Europa hebben over het algemeen hogere productiekosten dan Rusland of China. Dat zorgt er voor dat Europees staal in de regel duurder is dan de staalproducten uit China, Rusland en Oekraïne.
De EU heeft nu vastgelegd dat Rusland over staal heffingen moet gaan betalen van 24,1 tot 35,8 procent. Voor Oekraïne gelden er tarieven van 12,3 tot 25,7 procent op staalproducten die op de Europese markt worden aangeboden. De beslissing is noodzakelijk want in het verleden werden staalproducten uit Rusland en Oekraïne 20 tot 30 procent goedkoper aangeboden dan dezelfde staalproducten van Europese producenten. De importheffingen moeten volgens de EU worden gehandhaafd omdat andere landen anders vrijwel zeker opnieuw staal op de Europese markt zullen proberen te dumpen. Vooral Europese staalproducenten in met name in Tsjechië, Frankrijk, Duitsland en Italië zouden last hebben van het dumpstaal van buiten Europa. Door de importheffingen van de EU wordt de staalproductie van deze landen beschermd.