Elektriciteitsbeleid EU nog niet op orde in 2016

Binnen de Europese Unie toont het elektriciteitsbeleid nog veel tekortkomingen. Vooral de maatregelen die de EU-landen hebben genomen om de elektriciteitsvoorziening aan hun huishoudens en bedrijven te garanderen kunnen veel beter. In veel Europese landen worden elektriciteitscentrales betaald door de overheid om er voor te zorgen dat elektriciteitscentrales blijven doordraaien. De elektriciteitscentrales moeten elektriciteit blijven produceren zodat er in geval van een grote stroomuitval elektrische energie geleverd kan worden. Dit is echter niet de bedoeling volgens Europa. Het geld wat overheden betalen aan elektriciteitscentrales om ze operationeel te houden kan worden beschouwd als een vorm van subsidie. Dat stelt de Europese Commissie woensdag 13 april 2016 in een rapport.

De Europese Unie is al ongeveer een jaar aan het onderzoeken of de hierboven genoemde handelswijze niet in strijd is met de regels die zijn opgesteld voor staatssteun door Europa. De werkwijze van de overheden moeten goed worden geëvalueerd. Er moet bekeken worden of het wel echt nodig is om de kolencentrales op te houden. De consumenten moeten niet onnodig meer betalen voor elektrische energie. Daarmee bedoelt de EU dat consumenten niet meer voor elektrische energie moeten betalen terwijl de overheid de elektriciteitscentrales financieel al steunt.

Elektriciteit transporteren over grenzen
EU-commissaris Margrethe Vestager van Mededinging vindt het belangrijk dat elektrische energie ook over de grenzen kan worden geleverd. Dit is goed om dat daarmee voorkomen kan worden dat het nationale energiebeleid van een land de interne Europese energiemarkt verstoort. Verder kan het transporteren van elektrische energie over de grenzen binnen Europa zorgen voor een meer zekere en geïntegreerde Europese energiemarkt.

In de rapportage van de Europese Commissie staan nog geen uitspraken over de mogelijke illegale staatsteun van Europese landen aan elektriciteitscentrales. De rapportage van woensdag 13 april 2016 kan worden beschouwd als een tussenrapportage. Er zijn bij deze tussenrapportage de resultaten van 11 landen benoemd en onderzocht. Nederland behoorde niet tot de onderzochte en besproken landen.

Reactie van Technisch Werken
Kolencentrales staan ter discussie in Europa. De CO2 uitstoot van kolencentrales draagt in belangrijke mate bij aan de totale CO2 uitstoot van een land. Toch houden veel landen kolencentrales in bedrijf. Kolencentrales zorgen voor een constante hoeveelheid elektrische energie die wordt gewonnen uit het verbranden van kolen en eventueel bio-massa zoals houtpallets.

Duurzame energiebronnen zoals windmolens en zonnepanelen zijn voor hun energieopbrengst afhankelijk van het weer en de weersomstandigheden. Als deze omstandigheden wijzigen heeft dat invloed op het stroomnetwerk. Er kunnen zogenoemde black-outs ontstaan als er te weinig elektrische energie wordt geproduceerd ten opzichte van de elektrische energie die wordt verbruikt door bedrijven en huishoudens die aangesloten zijn op het elektriciteitsnet. Om die back-outs op te vangen worden elektriciteitscentrales ingezet.

Deze centrales draaien vaak door terwijl er ook energie wordt opgewekt door windmolens en zonnepanelen. De CO2 uitstoot van de elektriciteitscentrales gaat door en dat is niet de bedoeling. Als deze situatie ook nog in stand wordt gehouden door overheden is men echt de verkeerde weg ingeslagen.