Vergiftiging voorkomen op de werkplek

Als op de werkplek giftige stoffen aanwezig zijn bestaat er de kans op vergiftiging voor werknemers. Werkgevers zijn echter verplicht om de werkplek zo veilig mogelijk te maken voor werknemers, bezoekers en omwonenden. Daarom moeten bedrijven een arbobeleid opstellen en hanteren. De Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) vormt een verplicht onderdeel van het arbobeleid. In de Risico Inventarisatie en Evaluatie dient ook aandacht te worden besteed aan de aanwezigheid van giftige stoffen. Daarbij dient ook te worden benoemd om welke giftige stoffen het gaat en wat de grenswaarde (voorheen MAC-waarde) is van deze stoffen.

Deze grenswaarde of MAC-waarde is de maximaal aanvaardbare concentratie van een giftige stof. Als de hoeveelheid van een giftige stof boven de MAC-waarde of grenswaarde uitkomt dient een bedrijf hier extra maatregelen voor te treffen zodat de veiligheid van mensen niet in het geding komt. Het voorkomen van vergiftiging is een zeer belangrijke taak van een bedrijf en daarom dient doormiddel van een plan van aanpak in de Risico Inventarisatie & Evaluatie van een bedrijf aandacht te worden besteed aan oplossingen. Het is bij de bestrijding van vergiftiging goed om rekening te houden met het ontstaan van vergiftiging. Dit kan namelijk op verschillende manieren. Hieronder is daarover meer informatie weergegeven.

Hoe ontstaat vergiftiging?
Er ontstaat geen vergiftiging als er geen gif of giftige stof aanwezig is. Daarom zullen bedrijven hun uiterste best moeten doen om de aanwezigheid van giftige stoffen te beperken of giftige stoffen geheel te verwijderen. De laatste optie is het beste maar helaas niet altijd mogelijk omdat men in verschillende industriële processen gebruik maakt van giftige stoffen. Als giftige stoffen in een bedrijf aanwezig zijn dan zal het bedrijf er voor moeten zorgen dat werknemers niet direct in contact kunnen komen met het gif. Er zijn verschillende manieren waarop giftige stoffen in het lichaam van een mens kunnen komen. De volgende manieren zijn mogelijk:

  • Het inslikken van gif. Doormiddel van eten en drinken kan gif in het spijsverteringskanaal van mensen terecht komen. Er zijn maar weinig mensen die rechtstreeks gif naar binnen brengen via de mond. Vaak worden kleine hoeveelheden van gif naar binnen gewerkt door te eten met vuile handen waar deeltjes gif op zitten. Vergiftiging doormiddel van het inslikken van gif kan men voorkomen door voor het eten de handen grondig te reinigen.
  • Gif kan via de ademhalingsorganen een lichaam binnen dringen. Gif kan vaak in een, stofvorm, gasvorm of in een vernevelde vorm in de atmosfeer vrijkomen. Dit kan bijvoorbeeld door verhitting, brand, schuren, polijsten of slijpen van giftig materiaal. Hierdoor kunnen kleine deeltjes gif zich door de lucht verspreiden en ingeademd worden. In de ademhalingsorganen kan ernstige schade worden veroorzaakt. Denk daarbij aan de uitwerking van H2S die in zeer korte tijd er voor zorgt er de ademhalingsorganen worden beschadigd en disfunctioneren met de dood tot gevolg.
  • Huidcontact is ook een mogelijkheid waardoor gif een lichaam binnen kan dringen. Dit kan zowel door een gave en onbeschadigde huid maar open wonden kunnen vaak extra gevaar opleveren. Benzeen is een stof die via de poriën van de huid naar binnen kan trekken. Dit komt omdat benzeen het huidvet oplost waardoor het makkelijker in de poriën kan trekken en zo het lichaam kan binnen dringen. Giftige stoffen die er om bekend staan dat de via de huid het lichaam in kunnen trekken moeten niet in contact worden gebracht met de huid. Daarom dient men altijd beschermde kleding en handschoenen te dragen als men met deze gevaarlijke giftige stoffen werkt.

Bedrijven zijn verplicht om de veiligheid en gezondheid van werknemers te beschermen. De Arbowet schrijft dit voor maar bedrijven hebben als het goed is ook het morele besef om zichzelf zo goed mogelijk in te zetten voor het welzijn, de gezondheid en veiligheid van werknemers. Vergiftiging zorgt voor schadelijke effecten op de korte termijn en op de lange termijn. Er kan acute vergiftiging en chronische vergiftiging ontstaan, dit is onder andere afhankelijk van de giftigheid en de giftige eigenschappen van de stof en de duur dat een mens in contact is geweest met de giftige stof. Ook de manier waarop men het gif heeft binnengekregen is van invloed. Bedrijven zullen echter maatregelen tegen vergiftiging moeten treffen. In de volgende alinea wordt hier nader op ingegaan.

Maatregelen tegen vergiftiging
Bedrijven zullen maatregelen tegen de aanwezigheid van giftige stoffen moeten nemen. De aanwezigheid van giftige stoffen dient zoveel mogelijk beperkt te worden. Bedrijven kunnen verschillende oplossingen bedenken. Zo kan men de giftige stoffen vervangen door minder giftige stoffen. Dit is echter lang niet altijd mogelijk omdat sommige niet-giftige stoffen niet over dezelfde nuttige eigenschappen beschikken als bepaalde giftige stoffen. Giftige stoffen worden meestal niet gebruikt door bedrijven vanwege hun giftigheid maar vanwege eigenschappen die wel nuttig zijn voor bepaalde processen. Daarom is het gebruik van giftige stoffen soms noodzakelijk en zal men maatregelen moeten treffen om zich te beschermen tegen de giftige stoffen. Men onderscheid het nemen van maatregelen tegen giftige stoffen in bronmaatregelen en beheersmaatregelen.

Bronmaatregelen tegen vergiftiging
Door bronmaatregelen te nemen bestrijden bedrijven vergiftiging bij de bron. De volgende bronmaatregelen zijn mogelijk:

  • Eliminatie van de giftige stoffen uit het bedrijf. Men stopt binnen het bedrijf met het gebruiken van giftige stoffen.
  • Vervanging van giftige stoffen. De giftige stoffen worden vervangen door minder gevaarlijke stoffen.
  • Aanpassing van de stof of het proces waardoor de stof minder schade kan aanrichten.
  • Isolatie door bijvoorbeeld de giftige stof alleen in een gesloten systeem te gebruiken zodat contact tussen mensen en de giftige stof zo goed als onmogelijk is.

Beheersmaatregelen
Als bronmaatregelen niet mogelijk zijn zal men beheersmaatregelen moeten toepassen. Hiermee wordt het risico niet bij de bron bestreden maar wordt het risico beheersbaar gemaakt. Dat kan op verschillende manieren. Hieronder staan een paar voorbeelden:

  • Organisatorische en procedurele maatregelen door bijvoorbeeld de blootstelling aan de giftige stof te beperken door taken te rouleren. Of alleen bij een bepaalde temperatuur of een bepaalde windrichting met een giftige stof te werken.
  • Technische maatregelen zijn ook mogelijk door bijvoorbeeld giftige dampen af te zuigen met een afzuigsysteem. Dit gebeurd bijvoorbeeld met de lasdampen die tijdens lasprocessen ontstaan. Ook ventilatie en het werken op een werkplek met overdruk zijn technische beheersmaatregelen
  • Persoonlijke beschermingsmiddelen kunnen de risico’s op vergiftiging ook beperken. Deze beschermingsmiddelen worden dikwijls in combinatie met andere beheersmaatregelen ingezet. Er zijn verschillende persoonlijke beschermingsmiddelen die gebruikt kunnen worden. Het soort beschermingsmiddel is afhankelijk van de werking van de giftige stof en de toestand waarin de giftige stof zich bevind. Als de giftige stof is verdampt over verneveld zal bijvoorbeeld adembescherming nodig zijn. Als de giftige stof vast of vloeibaar is kan men beschermende kleding en handschoenen gebruiken. Een combinatie is ook mogelijk.

Het beste kan een bedrijf de kans op vergiftiging bij de bron bestrijden. Dit zijn bedrijven ook verplicht. Alleen wanneer ze in een Risico Inventarisatie & Evaluatie kunnen aantonen dat het echt noodzakelijk is om een giftige stof te gebruiken in het proces zullen bedrijven na toestemming van de overheid de giftige stof mogen blijven gebruiken. Bedrijven dienen dan wel beheersmaatregelen te nemen die de kans op vergiftiging, letsel en schade bij de werknemers zo veel mogelijk verkleind. De beste beheersmaatregelen zijn de beheersmaatregelen waarbij de mens en de bron van het gif zoveel mogelijk van elkaar worden gescheiden.