Ketenaansprakelijkheid is een vorm van aansprakelijkheid die bij de wet geregeld is. De Wet Keten Aansprakelijkheid (WKA) is een onderdeel van de invorderingswet 1990. De WKA is ingevoerd om de hoofdaannemers aansprakelijk te stellen als de onderaannemers de loonbelasting of premies niet betalen. Deze niet betaalde loonbelasting of premies worden in dat geval verhaald op de partij die de inleenkrachten heeft ingehuurd.
Waarom is de ketenaansprakelijkheid ingevoerd?
De ketenaansprakelijkheid is door de overheid ingevoerd omdat het in de praktijk nog wel eens voor kwam dat een onderaannemer failliet ging en daardoor de sociale verzekeringspremies en de belastingen niet betaalde. De belastingdienst liep hierdoor geld mis en wilde dit geld verhalen op de aannemers. De ketenaansprakelijkheid werd ingevoerd door de invorderingswet. Daardoor kon de belastingdienst alsnog het geld claimen bij de aannemer.
Waarom de naam ketenaansprakelijkheid?
De naam ketenaansprakelijkheid is bewust gekozen voor deze wettelijke vorm van aansprakelijkheid. Er kan namelijk in de praktijk doormiddel van inlenen en doorlenen een ketting of keten ontstaan. Een bouwbedrijf kan bijvoorbeeld een installatiebedrijf inhuren voor het installatiewerk dat op het bouwproject gedaan moet worden.
Het installatiebedrijf kan echter ook installatiemonteurs van een uitzendbureau inlenen. In dit geval zijn de uitzendkrachten in feite twee keer ingeleend namelijk door het installatiebedrijf en door de hoofdaannemer van het bouwproject. Zo ontstaat een keten in de verantwoordelijkheid voor de afdracht van premies en belastingen. Uiteindelijk is de hoofdaannemer aansprakelijk voor al deze onderaannemers. De inlenende partij moet er daarom alles aan doen om er voor te zorgen dat hij zaken doet met betrouwbare onderaannemers. Als de hoofdaannemer dit niet doet gaat hij een behoorlijk groot financieel en juridisch risico aan.