Het is nu oktober 2014 en kenniseconomie blijft voor Nederland het belangrijkste begrip in de markt. Zonder kennis kan de economie niet goed draaien en kunnen bedrijven geen geld verdienen. De wereldwijde concurrentie neemt toe omdat verschillende landen parallel aan elkaar bezig zijn met het ontwikkelen van producten die inspelen op de vraag in de markt. De aandacht in Nederland gaat de komende tijd uit naar specialisme in het maken en onderhouden van technische systemen. Nederland moet meer een ontwikkelland worden in de maakindustrie.
Wensen van de technische arbeidsmarkt
Hieruit komt voort dat zowel de ontwikkelaars en constructeurs van machines en installaties in de toekomst erg gewild zijn op de arbeidsmarkt. Het gaat hierbij met name om de hoger opgeleide werktuigbouwkundigen. Niet alleen ontwerpers en tekenaars worden schaars ook de specialisten die machines en installaties kunnen inregelen en installeren worden de komende jaren veel gevraagd.
Het onderhoud van machines en installaties moet in de toekomst steeds meer met behulp van computers en software worden gedaan. Dit kan worden gedaan door machines aan te sluiten op externe laptop die de machines uitlezen. Ook bevatten machines steeds meer interne software in de form van plc’s en embedded software. Deze systemen zijn niet zelden specifiek gekoppeld aan bepaalde machines. Dit vereist de nodige vaardigheden van monteurs.
Monteurs die over kennis beschikken van plc’s en softwaresystemen zoals SCADA zullen voor bedrijven zeer waardevol worden. Deze mensen zijn anno 2014 nauwelijks te vinden. Sommige bedrijven proberen hun personeel hiervoor op te leiden maar zijn daarnaast bang dat het personeel na het afronden van een opleiding de organisatie weer gaat verlaten. Bedrijven zullen daardoor meer moeten doen om het personeel aan hun organisatie te binden.