PFAS norm november 2019 is tijdelijke norm

Op basis van onderzoek van het RIVM heeft het kabinet besloten de PFAS norm te verhogen. De verhoging van deze norm is echter tijdelijk. Nadat de PFAS-norm in oktober werd verscherpt werd duidelijk dat er in Nederland veel bouwprojecten, baggerprojecten en civiele projecten kwamen stil te liggen. Protesten van ondernemers en werknemers in deze sector namen toe. Dat zorgde voor een grote druk op de politiek om met oplossingen te komen. Veel mogelijkheden om oplossingen te bedenken waren er echter niet. Wel werd besloten om een onderzoek te laten uitvoeren door het RIVM. Door dit instituut werden in een paar weken tijd ruim 1100 metingen geanalyseerd. Deze metingen werden eerder uitgevoerd door gemeenten over heel Nederland. Uit de analyse kwam naar voren dat er een groot verschil is in de bodemkwaliteit in Nederland.

Bepaalde grond heeft een verhoogde hoeveelheid PFAS terwijl andere grond juist nauwelijks van deze chemische kunststoffen bevat. Het RIVM heeft vooral naar plekken gekeken waar de bodem niet heel erg vervuild is. De aanwezigheid van PFAS in deze grond werd als representatief voor de rest van Nederland beschouwd. Daaruit kwam de nieuwe PFAS norm naar voren. Deze is nu tijdelijk vastgesteld op 0,8 microgram per kilo grond. Grond mag dus acht keer zoveel PFAS bevatten dan de norm die in oktober werd vastgesteld. Toen stond de hoeveelheid PFAS die grond mocht bevatten op 0,1 microgram per kilo grond. In de praktijk betekent dit dat er veel bouwprojecten opnieuw van start kunnen gaan. Toch is de PFAS-kwestie nog niet afgerond. De nieuwe norm is namelijk slechts tijdelijk. In de zomer van 2020 wordt een definitieve nieuwe norm voor PFAS verwacht.