De Nederlandse Vereniging voor Makelaars (NVM) heeft op donderdag 11 april 2019 cijfers over de woningmarkt in het eerste kwartaal van 2019 gepubliceerd. Hieruit komt volgens de NVM naar voren dat de woningmarkt meer in balans komt. De makelaarsvereniging merkt daarbij wel op dat er nog steeds sprake is van een krapte op de woningmarkt. De NVM gebruikt een zogenaamde krapte-indicator waarmee de krapte op de woningmarkt in beeld word gebracht. Op de krapte-indicator kan men aflezen uit hoeveel woningen een woningzoekende op de woningmarkt kan kiezen. Volgens de NVM komt deze krapte-indicator in het eerste kwartaal van 2019 uit op 3,9 per woningzoekende. Dat is volgens de organisatie een kleine stijging ten opzichte van het laatste kwartaal van 2018. Volgens de NVM is er echter met een keuze uit gemiddeld 3,9 woningen per woningzoekende ook in 2019 nog sprake van een krapte op de woningmarkt.
De markt heeft volgens NVM-voorzitter Ger Jaarsma nog steeds weinig woningaanbod. Dat zorgt er voor dat de woningverkopers “grotendeels de spelregels bepalen.” Echter zullen veel woningverkopers ook woningkopers zijn op de huizenmarkt omdat deze doorstromen naar een andere woning. In de eerste drie maanden van 2019 steeg het aantal woningen dat te koop werd aangeboden in Nederland wel een klein beetje. Deze stijging kwam uit 2,9 procent. Toch is de krapte op de woningmarkt in bepaalde streken, met name de grote steden, zeer groot. Woningen zouden wel wat sneller worden verkocht. In het eerste kwartaal van 2019 duurde de verkooptijd van een gemiddelde woning 45 dagen volgens de NVM. Begin 2018 was dit nog 54 dagen.