Klimaatakkoord Parijs 2016 en Energieakkoord Nederland 2013

Dat de aarde opwarmt is bijna bij iedereen en elk land in de wereld bekend. Daarom zijn er wereldwijd afspraken gemaakt op de opwarming van de aarde tegen te gaan.  Een belangrijke veroorzaker van de opwarming van de aarde zijn de zogenaamde broeikasgassen, waarvan CO2 de bekendste is. Deze gassen zorgen voor een dikke laag in de atmosfeer waardoor de warmte van de zon die weerkaatst wordt door de aarde niet goed meer kan ontsnappen.

Het gevolg is dat de aarde opwarmt en dat schadelijke gassen ook langer in de atmosfeer blijven hangen als het bijvoorbeeld windstil is. Dan ontstaat bijvoorbeeld in grote steden met veel autoverkeer en industrie ernstige luchtverontreiniging in de vorm van smog. Dit is schadelijk voor de gezondheid van mens en milieu. Daarom zetten landen zich in om de emissies van schadelijke stoffen te beperken. Hierover zijn wereldwijd afspraken gemaakt die zijn vastgelegd in het Klimaatakkoord van Parijs dat in 2015 tussen verschillende landen in de wereld is gesloten.

In Nederland werd in 2013 het zogenaamde Energieakkoord gesloten tussen  minister Kamp en tientallen milieorganisaties. In dit Energieakkoord is afgesproken dat het kabinet meer zal doen om het energieverbruik te beperken en dat er meer energie moet worden gewonnen uit hernieuwbare energiebronnen zoals, zonlicht, wind en waterkracht. De doelstelling volgens het Energieakkoord is dat Nederland 14 procent van haar energieverbruik uit hernieuwbare energiebronnen vandaan haalt in 2020.

Om deze doelstelling te behalen wil Nederland vijf van de tien kolencentrales gaan sluiten. Een groot deel van de Tweede Kamer is voor het geleidelijk sluiten van de Nederlandse kolencentrales. Op zaterdag 9 april 2016 werd bekend gemaakt dat de Nederlandse regering overweegt om nog twee kolencentrales te sluiten in Nederland. Als dat gebeurd blijven er nog drie kolencentrales open.

Reactie van Technisch Werken

De focus ligt vooral op kolencentrales. Dat is logisch want deze centrales zorgen voor een groot deel van de CO2 uitstoot. Men moet echter ook realiseren dat je kolencentrales niet zomaar kunt sluiten en denkt dat je daarmee het klimaatprobleem oplost. Kolencentrales leveren een aanzienlijke bijdrage aan de Nederlandse energievoorziening.  Dat kan niet eenvoudig worden opgevangen doir windmolens en zonnepanelen waarvan de opbrengst afhankelijk is van de weersomstandigheden. Met kolencentrales heeft men veel meer invloed op de productie van elektrische energie. Alleen moet men daarvoor fossiele brandstoffen en biomassa verstoken wat bijdraagt aan de CO2 uitstoot.

Het is verstandig dat er duurzame oplossingen worden geboden. Men moet minder energie verbruiken zodat er minder energie hoeft te worden geleverd.  Duurzaamheid moet niet alleen gedragen worden door overheden. Ook mensen zelf moeten in hun huishoudens verduurzamen.  Gelukkig maken veel mensen steeds vaker de keuze voor duurzaamheid als ze producten kopen. Energielabels zijn hierbij een belangrijk hulpmiddel. Tegenwoordig worden steeds meer energielabels getoond bij producten.  Bij huizen is het al verplicht om bij de verkoop een energielabel te verstrekken.  Ook bij elektrische apparaten staan in winkels energielabels. Dat maakt het voor consumenten eenvoudiger om bij de aanschaf van een product ook de duurzaamheid en energiezuinigheid in de besluitvorming mee te nemen. Zo kan men beter kiezen voor duurzaamheid.