In 2015 zijn minder mensen ontslagen door UWV of de kantonrechter dan in 2014

In 2015 zijn in totaal meer dan 23.000 werknemers ontslagen via een procedure met behulp van het UWV of de kantonrechter. Dit aantal ligt ongeveer 25 procent lager dan in 2014. Ook in 2013 lag het aantal ontslagen via deze procedures hoger. Ten opzichte van 2013 is het aantal ontslagen via het UWV en de kantonrechter met ongeveer de helft gedaald. Dit werd bekend gemaakt op maandag 6 februari 2017 door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het UWV.

Tussen de jaren 2013 en 2015 daalde het aantal ontslagen via de kantonrechter van 10.100 in 2013 naar 5.600 in 2015. Men heeft het hierbij alleen over werknemers met een vast contract die werden ontslagen. Ook het aantal ontslagen via het UWV nam af. In 2013 was er sprake van een piek van 35.600 ontslagen via het UWV. Dit aantal daalde naar 17.800 ontslagen in 2015. Zeventig procent van de ontslagen in 2013 vond plaats op basis van een faillissement. Deze ontslagen vinden plaats zonder dat er een kantonrechter of het UWV aan te pas komt. Het CBS heeft geen recentere cijfers gepubliceerd over de faillissementsontslagen.

Wet werk en zekerheid 2015
Op 1 juli 2015 is in Nederland de Wet werk en zekerheid (Wwz) van kracht is geworden. Hierdoor gelden er nieuwe ontslagregels. De reden van het ontslag is nu bepalend geworden of een ontslagprocedure via de kantonrechter of via het UWV zal geschieden. Voor de invoering van de Wet werk en zekerheid konden bedrijven vaak zelf kiezen of ze het ontslag via de kantonrechter wilden afwikkelen of via het UWV. De Wet werk en zekerheid zorgt er echter ook voor dat vast werk nog vaster wordt en flexwerk nog flexibeler.

In de praktijk worden daardoor nog meer werknemers op flexibele basis ingezet in plaats van op vaste basis. Vaste contracten worden minder verstrekt en tijdelijke contracten juist meer. Bovendien worden er door bedrijven ook veel uitzendkrachten ingezet om de pieken in de productie op te vangen. Bedrijven kunnen in de praktijk makkelijker afscheid nemen van uitzendkrachten en andere flexwerkers. Daardoor hoeven ze minder vaak een ontslagprocedure in gang te zetten.