Familiebedrijven groeien in 2014

Familiebedrijven doen het goed in Nederland. In tegenstelling tot verschillende andere sectoren van de Nederlandse economie wordt er voor familiebedrijven in Nederland een groei verwacht in 2014 en de periode daarna. In 2014 wordt de groei van Nederlandse familiebedrijven geschat op ongeveer 7 procent. Dit beeld schetst Albert Jan Thomassen. Hij is voorzitter van de Vereniging Familiebedrijven in Nederland.

Familiebedrijven hebben een aantal eigenschappen die er voor zorgen dat deze bedrijven het verhoudingsgewijs goed doen in de economie. Voorzitter Thomassen noemt hierbij het doorzettingsvermogen en het verantwoordelijkheidsgevoel als belangrijke voorbeelden. Over het algemeen hebben familiebedrijven de afgelopen tijd weinig risico’s genomen. Hierdoor kunnen ze zichzelf staande houden in tijden van economische tegenslag. De sector waarin het familiebedrijf actief is heeft echter ook invloed op het voortbestaan van het bedrijf. Er zijn sectoren, zoals bijvoorbeeld de bouwsector, waarin de afgelopen jaren verschillende bekende familiebedrijven in de problemen zijn geraakt. Sommige familiebedrijven moesten noodgedwongen hun deuren sluiten omdat ze teveel in de schulden zijn geraakt. Het sluiten van familiebedrijven doet pijn bij het personeel en de bedrijfsleiding. Ook in de regio reageert men vaak geschokt als een toonaangevend familiebedrijf voorgoed moet stoppen.

Familiebedrijven zijn zich bewust van hun verantwoordelijkheden en zorgen er voor dat risico’s voor het bedrijf en personeel beperkt blijven. Dit inperken van risico’s zorgt er voor dat familiebedrijven toekomstgericht in de markt staan. Ook zijn veel familiebedrijven conservatief ingesteld en maken ze weinig gebruik van zogenoemd vreemd vermogen.

Reactie van Technisch Werken
Bovenstaand beeld is herkenbaar in de praktijk. Met name in de technische en agrarische sector zijn veel familiebedrijven vertegenwoordigd. Deze bedrijven weten zich over het algemeen goed staande te houden, ook wanneer de economie er slecht voor staat in Nederland. Het is daarom niet verwonderlijk dat familiebedrijven een behoorlijk stabiel personeelsbestand hebben. Veel grote bedrijven gaan zakelijker met personeel om en nemen meer risico’s dan familiebedrijven. Daarnaast moeten grote beursgenoteerde bedrijven ook aandeelhouders tevreden houden. Dit zorgt voor verschillende spanningsvelden waar de meeste familiebedrijven niets mee te maken hebben.

De vertrouwde en persoonlijke bedrijfscultuur van veel familiebedrijven zorgt er daarnaast voor dat de leidinggevenden zich inzetten voor het personeel en andersom, dat het personeel zich inzet voor het bedrijf. Deze onderlinge samenwerking zorgt voor een hecht teamverband bij veel familiebedrijven. Dit teamverband zorgt er tevens voor dat familiebedrijven de productie vaak binnen de landsgrenzen van Nederland houden en dat is goed voor de Nederlandse economie en werkgelegenheid.

De persoonlijke informele werkwijze van veel familiebedrijven zorgt er daarnaast voor dat er een goede binding wordt aangegaan met de regio en de klanten die daarin aanwezig zijn. Familiebedrijven hebben niet alleen belangrijke rol voor het personeel van het bedrijf zelf, ze hebben ook invloed op de werkgelegenheid van toeleveranciers waar vaak een vertrouwensband mee is.