Energietransitie zal tot 2030 en daarna investeringen vereisen

De Nederlandse energietransitie zal de komende jaren nogal wat geld kosten. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) gaat uit van een investering van 5 tot 6 miljard euro. Dat geld zal geïnvesteerd moeten worden om de energietransitie en andere klimaatbesparende maatregelen door te voeren in Nederland. Gemiddeld zou de energietransitie en alle maatregelen die daarmee verband houden volgens het PBL een kostenpost van 50 tot 60 euro per maand in 2030 met zich meebrengen. Dit komt naar voren uit berekeningen die het Planbureau voor de Leefomgeving heeft gemakt.

Kosten energietransitie lopen op
De berekeningen heeft het PBL gemaakt in opdracht van de NOS. De NOS wil graag weten wat de financiële gevolgen zijn van de klimaatmaatregelen die de overheid heeft genomen. In het jaar 2030 zou Nederland tussen de 5 en 6 miljard euro extra uitgeven aan klimaatmaatregelen. Dit bedrag houdt verband met de klimaatdoelstellingen van het kabinet. Dit kabinet wil in 2030 de helft minder CO2 uitstoten dan nu het geval is. Toch is Nederland na 2030 niet klaar met de energietransitie. Waarschijnlijk zal Nederland ook na dit jaar kosten moeten maken voor de energietransitie. Deze kosten zullen naar verwachting ook nog verder oplopen. Dit geeft ook Robert Koelemeijer van het PBL aan tegen de NOS. “Pas als we de hele energietransitie hebben gehad, en bijvoorbeeld alle woningen zijn geïsoleerd en alle windparken op zee gebouwd, dan zullen de kosten wel weer gaan dalen.”

Problemen energietransitie
Het is natuurlijk logisch dat de energietransitie geld zal kosten. De huidige energievoorziening is afhankelijk van aardgas (laagcalorisch aardgas) en van kolencentrales die als elektriciteitscentrales dienst doen. Deze energievoorziening is decennia oud en kan niet binnen een paar jaar eenvoudig worden vervangen door een verduurzaamde energievoorziening die gebaseerd is op hernieuwbare energiebronnen zoals zonlicht en windkracht.

Er zijn windmolenparken nodig die voorzien zijn van windturbines ook zijn er warmtepompen, warmte- en koude opslag, stadswarmte en andere voorzieningen nodig om woningen en gebouwen te verwarmen. Dit alles kost geld en daarnaast ook de nodige denkkracht. Het is namelijk niet eenvoudig om over te schakelen op duurzame energie zonder dat men de kans loopt dan men tijdens de energietransitie in de problemen komt door black-outs die kunnen ontstaan als er te weinig elektrische energie wordt opgewekt ten opzichte van de vraag naar elektrische energie vanuit huishoudens en bedrijven.

Energietransitie is een kwestie van moeten
Toch is niets doen ook geen optie. Als men geen energietransitie laat plaatsvinden en geen investeringen doet op dit gebied dan zal het Groningse aardgas opraken en zal Nederland afhankelijk worden van het hoogcalorische aardgas vanuit het buitenland. Dat maakt Nederland ook politiek afhankelijk en dat is geen prettige situatie. Verder zal de aarde verder opwarmen door de broeikasgassen wanneer er geen energietransitie zal worden doorgevoerd. Dat laatste is een nog veel groter probleem. Bovendien neemt ook de voorraad fossiele brandstof af wereldwijd. Dat maakt dat er vroeg of laat een punt komt dat de mensheid te weinig olie en aardgas uit de bodem haalt om zichzelf te kunnen verwarmen en andere toepassingen te realiseren die gebaseerd zijn op fossiele brandstoffen.