CV-ketels moeten zowel hoogcalorisch gas als laagcalorisch gas kunnen verstoken na 01-01-2017

Vanaf 1 januari 2017 moeten gastoestellen die in Nederland verkocht worden zowel laagcalorisch als hoogcalorisch gas kunnen verstoken. Bij gastoestellen kan men denken aan cv-ketels maar ook aan gasfornuizen. In 2015 werden in Nederland nog ongeveer 14,4 gastoestellen gebruikt. Veel van deze Nederlandse gastoestellen draaien in 2016 gewoon op laagcalorisch gas dat wordt gewonnen uit de gasvelden in Groningen. Dit gas heeft een lagere energiewaarde dan hoogcalorisch gas dat veelal in buitenlandse gasvelden wordt gewonnen. Minister Henk Kamp van Economische Zaken maakte in januari  2016 aan de Tweede Kamer bekend dat gastoestellen in de toekomst zowel op hoogcalorisch gas als op laagcalorisch gas moeten kunnen draaien.

Van laagcalorisch gas naar hoogcalorisch gas
In Groningen wordt laagcalorisch gas gewonnen. Dit gas wordt ook wel aangeduid met G-gas en heeft een lagere energiewaarde dan hoogcalorisch gas (H-gas). Het verschil tussen deze gassamenstelling is belangrijk voor de gastoestellen die gas verstoken. De gaswinning in Groningen wordt de komende gereduceerd om de bevolking van Groningen in het aardbevingsgebied te beschermen tegen meer aardbevingen. Ook wil de Nederlandse overheid duurzamer omgaan met de eigen gasvoorraad. Dit houdt in dat de gasproductie vanuit de Groningse gasvelden naar het buitenland moet worden gereduceerd. Ook de Nederlandse gasinfrastructuur moet worden voorbereid op hoogcalorisch gas. Dit volgens de minister een complexe en dure operatie.

Ketels voor hoogcalorisch gas en laagcalorisch gas
De minister denkt op basis van een onderzoek dat de omschakeling van laagcalorisch gas naar hoogcalorisch gas kan oplopen tot 9 miljard euro. Dat de Nederlandse bedrijven en huishoudens afhankelijk zijn van het laagcalorische gas uit Groningen blijkt uit het feit dat vrijwel alle cv-ketels en fornuizen in Nederlandse huishoudens zijn ontworpen voor het gebruik van G-gas en niet voor hoogcalorisch gas uit het buitenland. Nederland loopt hierin technologisch achter op Duitsland, België en Frankrijk. In die landen worden al toestellen verkocht die geschikt zijn voor beide soorten gas.

Reactie van Technisch Werken
Het is duidelijk dat een gasnet maar voor één soort gas kan worden gebruikt: dus hoog calorisch of laagcalorisch. Gecombineerd kan niet. Omdat de toekomst op het gebied van energievoorziening zowel voor Nederland als voor België onduidelijk is moet men kijken naar een effectieve oplossing. Die zit niet in productie en distributie van aardgas. Men moet woningen op een andere manier zien warm te stoken door bijvoorbeeld gebruik te maken van aardwarmte en warmte opslag.

Tot die tijd kan men het beste alle oude ketels vervangen door ketels die zowel op hoogcalorisch gas als op laag calorisch gas kunnen draaien. Deze ketels mogen in Nederland vanaf 01-01-2017 alleen nog maar verkocht worden. Dit is ingevoerd omdat minister Kamp niet overtuigd is dat de Groningse gasvelden de komende jaren op dezelfde wijze benut kunnen worden als afgelopen jaren is gedaan. Men moet voorzichtiger omspringen met de gasvoorraad. Dat houdt ook in dat men misschien gebruik moet maken van gas uit het buitenland. Dat kan hoogcalorisch zijn maar ook laagcalorisch.