Wat is plasmalassen en hoe wordt dit lasproces uitgevoerd?

Plasmalassen is een lasmethode die verwant is met TIG-lassen. Bij plasmalassen wordt gebruik gemaakt van plasma. Dit is ook het geval bij TIG lassen. Het vormen van plasma gebeurd door het creëren van een hoge elektrische spanning tussen een wolfraamelektrode en het werkstuk. Hierbij wordt gebruik gemaakt van  twee aparte gastromen: het plasmagas en een inert beschermgas. Het plasmagas stroomt rond de wolfraamelektrode richting het werkstuk. Het potentiaalverschil tussen de wolfraamelektrode en het werkstuk zorgt er voor dat het plasmagas elektriciteit geleid. Deze elektrische geleiding zorgt er voor dat er een plasmaboog ontstaat tussen het werkstuk en de elektrode. Het beschermgas zorgt er voor dat het smeltbad tijdens het lassen wordt beschermt tegen invloeden van buitenaf.

Verschil tussen plasmalassen en gewoon TIG-lassen
In tegenstelling tot het gewone TIG-lassen blijft de wolfraamelektrode dieper in de lastoorts verborgen. Bij het gewone TIG-lassen steekt de wolfraamelektrode enkele millimeters uit de lastoorts. De vorm van het mondstuk dat bij plasmalassen worden gebruikt is anders dan bij TIG-lassen. Het plasmagas wordt met hoge snelheid uit de lastoorts geblazen. Dit zorgt er voor dat de plasmabundel goed kan worden ingesnoerd. Het insnoeren van de plasmabundel zorgt er voor dat er veel hogere temperaturen bereikt kunnen worden dan met gewoon TIG-lassen het geval is. doormiddel van plasmalassen kan een temperatuur worden behaald die oploopt tot wel 24000 graden. Rondom het plasmagas wordt een apart beschermgas geblazen tijdens het lassen. Dit beschermgas draagt er onder andere aan bij dat de plasmabundel tijdens het lassen zeer smal gehouden kan worden. Daarnaast zorgt het beschermgas er voor dat het werkstuk beschermd is tegen invloeden zoals zuurstof. Bij TIG-lassen wordt de koeling van het mondstuk gedaan door het beschermgas. Vanwege de hoge temperaturen is dat bij plasmalassen niet voldoende. Daarom wordt bij plasmalassen het mondstuk van de lastoorts ook met water gekoeld.

Verschillende varianten van plasmalassen
Net als andere lasprocessen zoals het MIG/MAG lasproces kan ook plasmalassen op verschillende manieren worden uitgevoerd. Dit heeft onder andere te maken met de materiaaldikte of plaatdikte van het werkstuk. Ook de eisen met betrekking tot nauwkeurigheid zijn van invloed op de keuze voor een bepaalde variant van plasmalassen. Hieronder staan de drie verschillende varianten van plasmalassen.

  • Microplasmalassen, tot 15 A. Deze variant van plasmalassen wordt gebruikt voor het maken van een lasverbinding in werkstukken die vervaardigd moeten worden van zeer dunne plaat. Er wordt hierbij gebruik gemaakt van zeer dunne draden vanaf 0,1 millimeter dikte.
  • Melt-in plasmalassen, 15 tot 200 A. Deze variant van plasmalassen is gelijkwaardig aan het TIG-lassen.  Melt-in plasmalassen heeft echter een maar een stabielere boog en daarnaast een diepere inbranding.
  • Keyhole plasmalassen, boven 100 A. Deze variant van plasmalassen zorgt voor een grote en diepe inbranding. Daarnaast kan met deze lasmethode een hoge lassnelheid worden gerealiseerd.