Wat is een transistor en waar worden transistors voor gebruikt?

Een transistor wordt in de elektronica gebruikt als halfgeleidercomponent. Transistors worden voornamelijk gebruikt voor het schakelen en versterken van elektronische signalen. De naamgeving van dit component is volgens een technisch memorandum van Bell Labs uit 1948 een samentrekking van de volgende Engelse woorden:

  • Transfer (of transconductance) dit betekend overbrengen of overdracht.
  • Varistor (variabele weerstand, variable resistor).

Door de woorden transfer en varistor te combineren ontstaat de omschrijving van een apparaat dat iets kan overbrengen met een variabele weerstand.

Waarvoor wordt een transistor gebruikt?
Doormiddel van een transistor kunnen elektronische worden versterkt of geschakeld. Om die reden worden transistors in veel elektronische schakelingen ingebouwd. Hierbij kan onder andere gedacht worden aan computers. Een transistor is een fundamentele bouwsteen voor geïntegreerde schakelingen. Deze schakelingen worden ook wel in het Engels Integrated Circuit (IC) genoemd en zijn in heel veel apparaten terug te vinden. Naast computers en laptop’s zijn er bijvoorbeeld ook geïntegreerde schakelingen aanwezig in telefoons, wasmachines, drogers en voertuigen zoals auto’s.

Twee verschillende uitvoeringen van transistors
Transistors kunnen worden onderverdeeld in twee verschillende basistypen. Dit zijn de:

  • bipolaire transistor
  • veldeffecttransistor (FET)

De bipolaire transistor wordt aangestuurd doormiddel van een elektrische stroom. De veldeffecttransistor (FET) wordt aangestuurd doormiddel van spanning.